Om in geval van plots hartfalen de beste kans op overleven te hebben zijn hulpverleners nodig die klaar zijn om te reageren. Die hulpverleners moeten optimaal voorbereid zijn op die intense momenten, en daarvoor hebben ze de juiste kennis nodig. Die kennis vergaren ze uit opleidingen volgens de juiste richtlijnen, en die vergen degelijk wetenschappelijk onderbouwd onderzoek.
Om de vijf jaar gaat de European Resuscitation Council (ERC) na welke wetenschappelijke vooruitgang werd geboekt op het vlak van reanimeren. Deze inzichten worden vertaald naar algemene richtlijnen die de standaard vormen voor dringende hulpverlening in heel Europa. De nieuwe richtlijnen zijn naar verwachting 100% klaar voor publicatie in maart 2021. Tot minstens 2025 weten we dan met z’n allen hoe we het best levens kunnen redden.
Wat weten we al over de nieuwe richtlijnen?
Voor uw AED verandert er helemaal niets. Zo blijft het aanbevolen om zo snel mogelijk de elektroden te kleven en tot die tijd te reanimeren. Zodra ze correct gekleefd zijn, zal het AED-toestel automatisch starten met de analyse van het hartritme, waarna – wanneer nodig – een schok volgt.
Sinds 2005 al is de verhouding borstcompressies/beademen 30/2, en dat blijft ook tot minstens 2025 het geval. Wat u de voorbije jaren geleerd hebt in onze reanimatiecursussen blijft dus van levensbelang: de kwaliteit van de borstcompressies is daarin cruciaal. Die horen 5 tot 6 cm diep te zijn aan een ritme tussen 100 en 120 keer per minuut. Ook beademen hoort er nog steeds bij. In de voorbije vijf jaar werden 8 bijkomende wetenschappelijke studies uitgevoerd die dit ondersteunen, wat het totaal op 22 brengt.
Covid-19
Omwille van Covid-19 zijn er belangrijke, tijdelijke, wijzingen in de richtlijnen. Zo is beademen niet toegestaan en is het nagaan van de eigen veiligheid belangrijker dan ooit. Lees meer hierover in onze blog.
Public Access Defibrillation
Het belang van publiek beschikbare AED-toestellen moet volgens de ERC verder benadrukt worden. Om België succesvol hartveilig te maken is het nodig om vroege herkenning van plots hartfalen te verhogen door meer mensen op te leiden. Maar om een AED te gebruiken moet die er natuurlijk eerst zijn. Zeker in België is dat nog veel te weinig het geval. Bovendien zijn de beschikbare toestellen vaak moeilijk te vinden. Bij elk nieuw AED-toestel zou de plaatsing gepaard moeten gaan met het bewegwijzeren en aanduiden van het toestel.
Tot slot is het belangrijk om de toestellen ook vindbaar te maken met behulp van mobiele applicaties. Zo kunnen lekenhulpverleners snel starten met de reanimatie in afwachting van professionele hulp.